| |
 | Orde | : | Zangvogels (Passeriformes) |  | Familie | : | Zangers (Sylviidae) |  | Lengte | : | 13 tot 15 cm |  | Geluid | : | |  | Biotoop | : | |  | Periode | : | |  | Aantal broedparen | : | Ongeveer 100.000 |  | Toename of afname | : | Lichte toename | |
|
Kenmerken | De bovenzijde is olijfbruin van kleur |  |
De onderzijde geelachtig |  |
De keel is wit |  |
Er is een onduidelijke wenkbrauwstreep aanwezig |
| | |  |
Omschrijving
De bosrietzanger is net als andere rietzangers een onopvallende vogel die uitstekend in staat is om langs verticale rietstengels te klimmen. De vogel is moeilijk te onderscheiden van de kleine karekiet. Het beste kenmerk is de luide en variabele zang. De bosrietzanger imiteert ook veel andere vogels, zoals de merel en verschillende soorten mezen.
De vogel broedt in verschillende soorten riet, niet alleen langs water, maar ook in drogere gebieden. Het nest wordt vastgemaakt aan enkele verticale rietstengels of takken en bevindt zich nooit boven het water. Allerlei delen van rietplanten worden in het nest verwerkt, zodat uiteindelijk een komvormig geheel ontstaat.
|