| |
 | Orde | : | Eendvogels (Anseriformes) |  | Familie | : | Eenden (Anatidae) |  | Lengte | : | 64 tot 76 cm |  | Geluid | : | |  | Biotoop | : | |  | Periode | : | |  | Aantal broedparen | : | Geen | |
|
Kenmerken | Het verenkleed is grijsbruin van kleur |  |
De kop en de hals zijn donkerder dan de rest van het lichaam |  |
De stuit is vaalwit van kleur |  |
De snavel is zwart met een oranje band vlak voor het uiteinde |  |
De poten zijn roze van kleur |
| | |  |
Omschrijving
De kleine rietgans lijkt sterk op de gewone rietgans maar is te herkennen aan de donkerder gekleurde kop en hals. Ook zijn de poten meer roze gekleurd en is de snavel korter. In de vlucht is een brede, witte eindband op de staart zichtbaar.
Het voedsel van de kleine rietgans bestaat voornamelijk uit plantaardig materiaal zoals gras en mos. De vogel broedt ver naar het noorden op eilanden als Groenland en IJsland, waar het nest door het vrouwtje wordt gebouwd van allerlei planten. De kleine rietgans is de broedplaats zeer trouw en keert jaren achter elkaar telkens terug naar dezelfde broedplaats. In de winter trekt de kleine rietgans naar het zuiden, waarbij vooral in Nederland en in Engeland grote aantallen vogels overwinteren.
|